Honeywell Miller VR500 Handbuch Seite 130

3 GEBRUIKSINFORMATIE
3.1 Steek de valbeveiliger in het onderste uiteinde van de geleiderail van het Söll GlideLoc-sys-
teem (Fig. 3) of in de uitsparing (Fig. 4) (deze dient altijd ter hoogte van de borst of lager
gepositioneerd te zijn). De lateraal uitstekende veiligheidspin (Pos. 1) moet aan de rechter-
kant zitten en de gegraveerde pijl moet naar boven wijzen.
De veiligheidspin (Pos.1) voorkomt samen met de eindstop (Pos.2) incorrect gebruik van de
valbeveiliger en dat deze onbedoeld uit de geleiderail schuift.
Waarschuwing:
De valbeveiliger voorbij de eindstoppen schuiven is alleen toegestaan
• in omgevingen zonder risico op vallen of
• indien de valbeveiliging op een andere manier geborgd wordt.
De zelfvergrendelende karabijnhaak moet bevestigd zijn aan het bevestigingspunt van de
harnasgordel dat zich op de borst bevindt en met een "A" gemarkeerd is. (zie Fig. 5)
Om de karabijnhaken te openen moeten de volgende stappen gevolgd worden: Trek de slui-
ting naar achter, draai deze naar rechts en druk hem naar binnen.
Waarschuwing: Levensgevaarlijk!
Voor verticaal gebruik conform de norm EN 361; ANSI Z359.1-2007; NBR 15836
dient de karabijnhaak van de valbeveiliger direct aan het bevestigingspunt van de
harnasgordel dat zich aan de voorkant op de borst bevindt (gemarkeerd met een "A")
bevestigd te worden.
De lengte van het bevestigingselement mag niet verlengd of verkort worden.
Opmerking:
Het is ten strengste verboden om een ander type karabijnhaken dan die origineel ge-
leverd zijn te gebruiken.
De afstand tussen de buitenrand van de geleiderail en de naar binnen gebogen ogen / lus-
sen op de harnasgordel mag niet groter zijn dan 180 mm (zie Fig. 6).
De harnasgordel moet goed passen en strak om het lichaam zitten!
Indien de harnasgordel los komt te zitten tijdens het klimmen, neem dan even de tijd
om dat te corrigeren.
Tijdens het corrigeren van de harnasgordel moeten gebruikers zich in een veilige
positie bevinden en gezekerd zijn met een veiligheidslijn zoals gespecificeerd in 2.4.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de harnasgordel en/of de veiligheidslijn voor
meer informatie.
3.2 Na het plaatsen van de valbeveiliger en deze aan het bevestigingspunt van de harnasgordel
op het sternum te bevestigen is het systeem gereed voor gebruik. Beklim de ladder nor-
maal om omhoog te klimmen. Probeer uw armen zoveel als mogelijk gestrekt te houden
om vermoeidheid tegen te gaan door uw benen het werk te laten doen; die zijn namelijk
sterker dan uw armen. Om aan de afdaling te beginnen trekt u met uw lichaamsgewicht (uw
armen dienen gestrekt te zijn) de shuttle terug middels uw harnasgordel en behoud u deze
trekkracht gedurende de gehele afdaling om de de veiligheidshaak in de shuttle te houden.
130