OBI TECH 120 OHV Betriebsanleitung Seite 26

Luchtfilter vervangen (afbeelding 2)
Het luchtfilter regelmatig reinigen. Beschadigde luchtfilter
vervangen.
1. Luchtfilterdeksel (D) demonteren.
2. Filter (E) eraf halen en op een hard oppervlak uitklop-
pen tot het vuil is verwijderd. Niet afborstelen! Filter
weer monteren.
3. Luchtfilterdeksel weer terugplaatsen en afsluiten.
Olie verversen (afbeelding 4)
Het oliepeil regelmatig (afbeelding 1) controleren.
Het oliepeil om de 8 bedrijfsuren of dagelijks voor het star-
ten van de motor controleren (zie de aanbevelingen over
de olie).
Waarschuwing!
Voor het aftappen van de olie moet eerst de brand-
stoftank worden geleegd en de brandstofkraan ge-
sloten zijn. Anders bestaat er brand- en explosiege-
vaar door uitlopende brandstof.
De oude olie bij warme motor aftappen. Warme olie
loopt snel en volledig uit.
1. Voor het legen van de brandstoftank de motor laten
draaien totdat hij stilstaat door brandstofgebrek.
2. Bougiedoppen (componentenoverzicht pos. 6) eraf
trekken.
3. Voor het opvangen van de olie een geschikte bak on-
der de motor zetten.
4. Oliepeilstok (componentenoverzicht pos. 5) eraf
schroeven.
5. De motor zijwaarts (afbeelding 4) zo boven de op-
vangbak kiepen, dat de olie uit de olieaftapopening
(A) volledig kan uitlopen.
6. Motor weer in de horizontale stand zetten.
7. Nieuwe olie (SAE 10W-30, vulvolume: 0,6 l) vullen.
8. Oliepeilstuk weer erin schroeven.
Oude olie milieuvriendelijk afvoeren.
26
Bougies onderhouden (afbeelding 4)
Waarschuwing!
Nooit met een gedemonteerde bougie controleren
of er een ontstekingsvonk aanwezig is.
De elektrodenafstand van de bougie (G) moet 0,6 mm -
0,8 mm bedragen.
Motor nooit zonder bougie starten
„
Een onjuiste bougie kan de motor beschadigen.
Motor schoonmaken
Let op – Brandgevaar!
Brandbaar materiaal van de uitlaat en cilinders ver-
wijderen.
Regelmatig vuil van de motor verwijderen met een poets-
doek of borstel.
De koelopeningen reinigen.
De motor niet afspuiten met water. Met een borstel
of doek reinigen.
Het koelsysteem reinigen. Om te voorkomen dat de motor
oververhit raakt indien nodig ook de binnenste koelribben
en oppervlakken reinigen.
Onderhoudsschema
De uur- resp. jaarintervallen opvolgen, afhankelijk van de
situatie die als eerste intreedt. Bij het gebruik onder zwaar-
dere omstandigheden moet het onderhoud vaker worden
uitgevoerd.
Na de eerste 5 uur
Olie verversen
Om de 5 uur of dagelijks voor gebruik
Oliepeil controleren
Omgeving van de geluidsdempers en de bedienings-
elementen reinigen
Om de 25 uur of om de 3 maanden
Luchtfilter reinigen; bij een hoge stofconcentratie of
vreemd materiaal in de lucht vaker reinigen
Vertaling uit het Duits van de oorspronkelijke gebruikershandleiding