SECUDO D 110 Bedienungsanleitung Seite 53

Test:
Als u kort (ca. 1 seconde) op de knop drukt, geeft de D
110 een testalarm. Daarna keert de melder terug naar
de normale modus.
Wij adviseren om tussen de tests 5 tot 10 minuten pauze
in te lassen om het draadloze systeem gelegenheid te
geven alle meldingen en draadloze signalen te verwerken.
Opgelet
• A ls u de knop langer dan 2 seconden ingedrukt
houdt, schakelt de D 110 over naar de
programmeermodus. Na 60 seconden keert hij
terug naar de normale modus. Zie Draadloze
groep maken
• A ls u de knop minimaal 5 seconden indrukt,
wordt de programmering van de draadloze
groep gewist en werkt de D 110 met de
fabrieksinstelling in de normale modus.
Alarmmeldingen en storingssignalen worden
niet doorgegeven aan andere D 110 melders
(stand-alone). Zie Programmering wissen /
fabrieksinstelling
Test/onderhoud
Wij adviseren het onderhoud over te laten aan
dienstverleners met vakpersoneel dat is opgeleid voor
planning, inbouw en onderhoud van rookmelders.
Bij de testfunctie wordt de melder gecontroleerd volgens
EN 14604: controle van de werking van de batterij,
elektronische rookkasttest, controle van de elektronica
etc. Een test dient minstens één keer per jaar, met
een marge van maximaal +/- 3 maanden, te worden
uitgevoerd volgens de geldende toepassingsrichtlijn voor
rookmelders (in Duitsland: DIN 14676) en telkens na het
vervangen van de batterij. Druk daarvoor de knop (fig. 5.1)
ca. 1 seconde in. Er klinkt een luid pulserend alarmsignaal
(ca. 85 dB/3m). Het apparaat moet ongeveer één keer
per jaar droog worden afgenomen en van buiten met een
stofzuiger worden gereinigd. Let op inrichtingselementen
in een straal van 0,5 m die het binnentreden van rook
zouden kunnen belemmeren. In dat geval moet de
montageplaats worden gecontroleerd en eventueel
worden aangepast, of de betreffende inrichtingselementen
moeten worden verwijderd.
De melder voert permanent een automatische zelftest uit.
Hierbij worden onder meer de elektronica, de spanning, de
inwendige weerstand van de batterij en de rookkastfunctie
gecontroleerd. De rode LED (fig. 5.1) knippert ca. elke 35
seconden kort om aan te geven dat het apparaat goed
werkt en klaar is voor gebruik. Vervang de rookmelder bij
een mechanische beschadiging of als een storingsmelding
niet verholpen kan worden, en in ieder geval uiterlijk tien
jaar na inbedrijfstelling.
Opmerking
• D oor blootstelling van de melder aan te veel stof,
waterdamp of andere verontreinigingen kan het
alarm afgaan.
53