drukken [14]. Bevestig dan het herstellen van de fabrieksinstellingen met de verbindingstoets [14] of druk op de
ophangtoets [9] om de procedure af te breken. Het apparaat wordt na het herstellen van de fabrieksinstellingen
opnieuw opgestart.
Verhelpen van storingen
Het apparaat kan niet worden ingeschakeld
1. Controleer of de accu is opgeladen. Laad in dat geval de accu op.
2. Controleer of de accu correct geplaatst is.
De accu kan niet worden opgeladen
1. Controleer of de netadapter correct op het laadstation is aangesloten en de telefoon juist in het laadstation
geplaatst is. Sluit de netadapter eventueel rechtstreeks aan op de telefoon om deze op te laden.
2. Controleer de accu en vervang deze zo nodig.
3. Als de accu volledig is ontladen, kan het even duren voordat het opladen begint. Laat de mobiele telefoon
aangesloten op het laadstation en wacht enkele minuten tot het begint op te laden.
Het apparaat is niet verbonden met het mobiele netwerk.
1. Controleer de signaalsterkte. Als het signaal te zwak is, gebruik het apparaat dan op een andere plek.
2. Controleer of de SIM-kaart correct is geplaatst. Verwijder zo nodig de SIM-kaart en plaats deze opnieuw.
3. Indien de SIM-kaart beschadigd is, dient deze te worden vervangen. Neem daarvoor contact op met uw
mobiele provider.
Mobiele telefoon SSMT 1000 A1
Nederlands - 131