Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
•
Naargelang de netspanning kiest u de bruine (100-120VAC) of de oranje draad
(220-245VAC) en verbindt u deze met de netschakelaar.
Vergeet de krimpkous niet.
•
De overblijvende draad knipt u op een lengte van 11cm. Isoleer het uiteinde d.m.v.
een stukje krimpkous.
•
Bundel de draden d.m.v. 2 kabelklemmen.
30. Testprocedure
We raden u aan om een kleine testconsole te bouwen en om de eenheid aan te
sluiten zoals afgebeeld.
1. Plaats de voedingsschakelaar in de 'I' -positie.
2. Plaats de 'MODE' -schakelaar in de 'AUTO-ON' -stand.
3. Bij het onder stroom zetten, licht de 'POWER' -LED op.
Schakel het toestel onmiddellijk uit en controleer het circuit wanneer de gloeilamp
blijft branden.
Controleer volgende spanningen met behulp van een multimeter op DC-
spanningen ingesteld:
Gebruik de GND-tab naast de rode transformatordraad als '-'
•
J2: +15V
•
J3: -15V
•
Draad links van R33: +24V of lichtjes hoger
•
Draad rechts van R37: +5V
4. Schakel de voeding uit en monteer de ICs.
5. Schakel de voeding opnieuw in en herhaal de metingen hierboven.
Is alles o.k., plaats de ' MODE'-schakelaar op ' ON'.
Schakel het toestel onmiddellijk uit en controleer het circuit wanneer de gloeilamp
blijft branden. LD3 licht op.
Controleer volgende spanningen:
•
Kathode D11: +35V.
•
Anode D12: -35V.
6. Koppel de multimeter aan R60 (vermogenweerstand rechts).
7. De meter geeft de waarde 0V weer. (Respecteer de polariteit).
8. Regel RV3 tot de meter de waarde 10mV weergeeft.
Wacht tot de uitlezing op het scherm zich stabiliseert.
9. Ontkoppel de multimeter en schakel de voeding uit.
Zorg dat de ICs van hun pennen zijn verwijderd.
7
Werbung
Inhaltsverzeichnis
