Ink Bird ITC-310T Gebrauchsanweisung

ITC-310T
Programmeerbare
temperatuurregelaar
Art. nr.: 016.101.8
Handleiding
Verdeeld door:
www.brouwland.com
Brouwland bvba
Korspelsesteenweg 86,
3581 Beverlo, Belgium
T. +32 11 40 14 08
info@brouwland.com
Menu-instructies
• Als TR=0
Instelwaarde
Symbool Code Functie
(°C/°F)
tS Temperatuur- -50 – 120°C/
TS
instelling -50 – 248°F
Hd
Verwarmings- 0,3 – 15°C/
HD
differentieel 1 – 30°F
Cd Koelings- 0,3 – 15°C/
CD
differentieel 1 – 30°F
AH Alarm hoge -50 – 120°C/
AH
temperatuur -50 – 248°F
AL
Alarm lage -50 – 120°C/
AL
temperatuur -50 – 248°F
Pt Startvertraging
PT 0 – 10 minuten
compressor
CA Temperatuur- -15 – 15°C/
CA
kalibratie -15 – 15°F
Weergave
CF temperatuur in
CF
graden Celsius
of Fahrenheit
tr
TR Timerinstelling 0: Uit; 1: Aan
• Als TR=1, pas de volgende instellingen toe:
Symbool Code Functie Instelbereik
Ut
Instelling tijd- D: Dag; H: Uur
UT
seenheid M: Minuut
0-999 cyclustijden,
md Instelling cyclus-
MD 00 = oneindige
modus
cyclus
Manuele of
At 0: MANUEEL
AT automatische
1: AUTOMATISCH
instelling
StA
Aantal controle-
STA 1-6 stappen
stappen
• Als STA=6, verschijnt het onderstaande menu:
Symbool Code Functie Instelbereik
St i
Waarde temperatuurinstelling
ST1 25°C of 77°F
(-50 – 248°F)
Ht i Tijdsduur temperatuurregeling
HT1 10
Controlling (0 – 999)
St2
Waarde temperatuurinstelling
ST2 25°C of 77°F
(-50 – 248°F)
Ht2 Tijdsduur temperatuurregeling
HT2 10
Controlling (0 – 999)
St3 Waarde temperatuurinstelling
ST3 25°C of 77°F
(-50 – 248°F)
Ht3
Tijdsduur temperatuurregeling
HT3 10
Controlling (0 – 999)
St4 Waarde temperatuurinstelling
ST4 25°C of 77°F
(-50 – 248°F)
Ht4
Tijdsduur temperatuurregeling
HT4 10
Controlling (0 – 999)
St5
Waarde temperatuurinstelling
ST5 25°C of 77°F
(-50 – 248°F)
Ht5 Tijdsduur temperatuurregeling
HT5 10
Controlling (0 – 999)
St6
Waarde temperatuurinstelling
ST6 25°C of 77°F
(-50 – 248°F)
Ht6
Tijdsduur temperatuurregeling
HT6 10
Controlling (0 – 999)
Grafiek 5
Opm. 1:
Temperatuurinstelling (TS, HD, CD)
Als de regelaar in werkstand staat, toont het toestel de opgemeten temperatuur. Er wordt auto-
matisch geschakeld tussen koelen en verwarmen.
Als TR=0
PV ≥ TS (waarde temperatuurinstelling) + CD (waarde koelingsdifferentieel)
Als de gemeten temperatuur hoger is dan het gecumuleerde totaal van de ingestelde tempera-
tuur en de koelingsdifferentieel, wordt het koeltoestel ingeschakeld. Het indicatielampje van de
koeling brandt om aan te geven dat de uitgestelde start geactiveerd is. Flikkert het indica-
tielampje van de koeling? Dan is de uitgestelde start van het koeltoestel actief.
PV ≤ TS (waarde temperatuurinstelling)
Als de gemeten temperatuur kleiner dan of gelijk is aan de ingestelde temperatuur, dooft het
indicatielampje van de koeling om aan te geven dat de uitgestelde start gedeactiveerd is.
ITC-310T
NL
Programmeerbare temperatuurregelaar
Bedankt voor je vertrouwen in INKBIRD-producten.
Lees deze handleiding grondig voor je met de temperatuurregelaar
aan de slag gaat.
Veiligheidsvoorschriften
• Gebruik het product uitsluitend zoals voorgeschreven.
• Raak de aansluitingen niet aan als de stroom is ingeschakeld.
Als je dit wél doet, riskeer je een elektrische schok.
• Vermijd dat er stukjes metaal, snoerklemmen, metaalpoe-
der of ijzervijlsel in het product komen, vooral tijdens de
installatie. Dit kan leiden tot elektrische schokken, brand en/
of defecten.
• Gebruik het product niet in de nabijheid van ontvlambare of
explosieve stoffen. Zo vermijd je ontploffingen en ongelukken.
• Raak nooit de interne delen van het toestel aan. En probeer
niet om het zelf te demonteren, aan te passen of te herstellen.
Dit kan leiden tot elektrische schokken, letsels, brand en/of
defecten.
• Gebruik de uitgangsrelais niet langer dan de aangegeven
levensduur. Zo voorkom je dat de zekeringen smelten of door-
branden. Controleer altijd de staat waarin ze zich bevinden. En
overschrijd nooit het maximale vermogen van de uitgangsre-
lais, noch de verwachte levensduur van het product.
Overzicht
ITC-310T is een programmeerbare temperatuurregelaar met een
dubbele sturing. Met de timerfunctie programmeer je tot 6 tempe-
raturen in 6 tijdperiodes.
ITC-310T wordt vooral gebruikt om de temperatuur te regelen
tijdens het fermentatieproces bij het bier brouwen en het wijn
maken.
Dit product werkt volgens het plug-and-play-principe met 2
relaisuitgangen. Zo sluit je er gemakkelijk verwarmings- en koel-
toestellen op aan voor een feilloze regeling van de temperatuur.
Het product is uitgerust met een dubbele led-display dat zowel
Celsius als Fahrenheit weergeeft. Dankzij de stroomaansluiting
van 1200 W (110 V)/2200 W (220 V) is het geschikt voor een
resem toepassingen.
ITC-310T is uitgerust met een uitgestelde start om koeltoestellen
te beschermen, en met een automatisch alarm bij te hoge of te
lage temperaturen, en bij sensorstoringen. De temperatuurrege-
laar is dus uiterst veilig en betrouwbaar. De temperatuurkalibratie
en de aparte relais voor verwarmen en koelen garanderen een
minutieuze temperatuurcontrole.
Belangrijkste kenmerken
• programmeerbaar: 6 temperaturen in 6 tijdperiodes
• gebruiksvriendelijk dankzij plug-and-play-principe
• dubbele sturing: koelen en verwarmen
PV ≤TS (waarde temperatuurinstelling)-HD (waarde verwarmingsdifferentieel)
Als de gemeten temperatuur lager is dan het gecumuleerde totaal van de ingestelde temperatuur en de verwarmingsdifferentieel, wordt het verwarmings-
toestel ingeschakeld. Het indicatielampje van de verwarming brandt om aan te geven dat het verwarmingsrelais actief is.
PV ≥ TS (waarde temperatuurinstelling)
Standaard
Als de gemeten temperatuur hoger dan of gelijk is aan de ingestelde temperatuur, dooft het indicatielampje van de verwarming om aan te geven dat het
setting Opm.
verwarmingsrelais gedeactiveerd is.
(°C/°F)
Voorbeeld:
De ingestelde temperatuur is 25°C (TS=25°C), de koelingsdifferentieel is 2°C (CD=2°C), en de verwarmingsdifferentieel is 3°C (HD=3°C). Als de gemeten
25°C/ 77°F Opm. 1
temperatuur hoger dan of gelijk aan 27°C is（TS+CD), dan wordt de koeling geactiveerd. Als de temperatuur zakt naar 25°C (TS), wordt de koeling gede-
activeerd. Als de gemeten temperatuur lager dan of gelijk is aan 22°C (TS-HD), wordt de verwarming geactiveerd. Als de gemeten temperatuur 25°C (TS)
bereikt, wordt de verwarming gedeactiveerd.
2,0°C/ 3°F
Als TR=1
2,0°C/ 3°F
De waarde van de ingestelde temperatuur (TS) is ongeldig. De temperatuurregelaar werkt uitsluitend binnen de instelwaarden ST1 – ST6 en HT1 – HT6.
Voorbeeld:
90°C/ 200°F Opm. 2 Als de looptijd binnen het bereik van HT1 valt en de gemeten temperatuur hoger is dan de waarde van de ingestelde temperatuur ST1, dan activeert de
regelaar het koeltoestel. Het indicatielampje van de koeling brandt, en de uitgestelde start van de koeling wordt geactiveerd.
Als het tijdsinterval tussen de 2 koelingsschakelingen kleiner is dan de compressorvertraging (PT), check dan Opm. 3
-40°C/ 40°F
Check Opm. 6 om de looptijden HT1 – HT6 in te stellen.
3 minuten Opm. 3
Opm. 2:
Grenswaarden instellen voor alarm bij te hoge temperatuur (AH) en te lage temperatuur (AL)
0°C/ 0°F Opm. 4
PV ≥ AH
Is de gemeten temperatuur hoger dan de alarmgrens voor maximale temperatuur? Dan klinkt het alarm voor hoge temperatuur tot de temperatuur lager is
dan de maximale waarde, óf tot je een toets indrukt om het alarm uit te zetten.
C Opm. 5
PV ≤ AL
Is de gemeten temperatuur lager dan de alarmgrens voor minimale temperatuur? Dan klinkt het alarm voor lage temperatuur tot de temperatuur hoger is
dan de minimale waarde, óf tot je een toets indrukt om het alarm uit te zetten.
0 Opm. 6
Tijdens het alarm blijft de verwarming of koeling werken zoals ingesteld.
Opm. 3:
Compressorvertraging (PT)
PV ≥ TS (waarde ingestelde temperatuur) + CD (waarde koelingsdifferentieel)
Standaard Als de gemeten temperatuur in de koelstand lager is dan het gecumuleerde totaal van de ingestelde temperatuur en de koelingsdifferentieel, begint het
Opm.
setting
apparaat niet onmiddellijk te koelen. Het wacht tot de compressorvertraging (PT) aftelt tot nul.
De compressorvertraging begint af te tellen zodra de koeling stopt. Als de intervaltijd tussen 2 koelfuncties langer is dan de compressorvertraging, begint
D Opm. 6
het apparaat onmiddellijk te koelen. Als de intervaltijd tussen 2 koelfuncties korter is dan de compressorvertraging, begint het apparaat pas te werken als
de compressorvertraging is afgeteld tot nul.
1
Opm. 4:
Temperatuurkalibratie (CA)
Opm. 7
Als er een afwijking is tussen de gemeten temperatuur en de standaardtemperatuur, kun je de temperatuur kalibreren. Zo ben je er zeker van dat de geme-
0
ten temperatuur overeenstemt met de werkelijke temperatuur.
De gecorrigeerde temperatuur = de temperatuur voor kalibratie + de kalibratiewaarde (een positieve waarde, bijvoorbeeld 2; een negatieve waarde,
bijvoorbeeld -2; of 0, de neutrale waarde).
1 Opm. 6
Opm. 5:
Temperatuur weergeven in Fahrenheit of Celsius (CF)
De temperatuur kan weergegeven worden in graden Fahrenheit of Celsius. De standaardinstelling is Celsius. Als je de temperatuur liever in Fahrenheit
weergeeft, verander CF dan naar F.
Als de CF-waarde wijzigt, veranderen alle instellingen naar de fabrieksinstellingen.
Opm.
Opm. 6:
Tijd - Temperatuurinstelling (TR, UT, STA, ST1 – ST6, HT1 – HT6)
TR: Een parameter om te controleren of de timerfunctie al dan niet werkt. Als TR=0, is de timer uitgeschakeld; als TR=1, is de timer ingeschakeld.
Als TR=0
De timerfunctie staat uit. Instellingsparameters na TR worden niet weergegeven in het menu. Het is bijgevolg niet nodig om ze in te stellen.
Als TR=1
De timerfunctie staat aan. Tijdperiodes en bijbehorende temperaturen kunnen ingesteld worden naar wens. Op dit moment is de waarde van de ingestelde
temperatuur (TS) ongeldig. De temperatuur moet binnen de waarden ST1 – ST6 en HT1 – HT6 liggen.
UT: Unit of Time (tijdseenheid). Naar keuze in te stellen op Dagen, Uren of Minuten.
STA: Tot 6 verschillende regelfases. Elk van deze fases omvat een aantal temperaturen die overeenkomen met tijdperiodes.
ST1 – ST6: Temperatuurinstellingen. Als TR=1, dan vervangen de temperaturen ingesteld in ST1 – ST6 de normale temperatuurinstellingen (TS).
HT1 – HT6: Tijdparameter die betrekking heeft op de temperaturen ingesteld in ST1 – ST6. Stel dat de tijdseenheid (UT) is ingesteld op uren, en de instel-
Opm. 6
ling voor HT1=12. Dan betekent dit dat de ingestelde temperatuur in ST1 wordt gehandhaafd gedurende 12 uur.
Voorbeeld:
Je wenst dat de temperatuur in jouw vergistingskast gedurende 5 uur tussen 24 – 26°C blijft, en gedurende 10 uur tussen 30 – 32°C.
Gebruik dan volgende instellingen:
HD=1, CD=1,
TR=1,
Set UT=H,
STA=2,
ST1=25, HT1=5,
ST2=31, HT2 =10.
Opm. 7:
Cyclus en automatische modus (MD, AT)
MD: Uitvoertijd voor de Tijd-Temperatuurinstellingen. 00: oneindige cyclus 1 – 999: specifieke tijden voor uitvoering. 1 is de standaardinstelling. Dit
betekent dat het toestel stopt met werken als de ingestelde waarden één keer zijn uitgevoerd.
AT: Operating Mode (bedrijfsmodus) als de stroom is ingeschakeld na een onderbreking.
AT=0: MANUEEL.
Als de stroom wordt ingeschakeld na een stroomonderbreking, stopt de temperatuurregelaar met werken. De parameters moeten worden gereset door
naar het menu te gaan, de regelaar opnieuw op te starten en helemaal te herbeginnen.
AT=1: AUTO.
Als de stroom wordt ingeschakeld na een stroomonderbreking, blijft de temperatuurregelaar gewoon werken. De looptijd van de temperatuurregelaar
stemt overeen met de werkelijke tijd; de stroomonderbreking heeft geen invloed op de timing.
Voorbeeld:
De regelaar is ingesteld om gedurende 4 uur 25°C aan te houden, en daarna gedurende 6 uur 30°C. Nadat het programma 2 uur heeft gelopen, is er een
stroomonderbreking van 3 uur. Als de stroom opnieuw wordt ingeschakeld, is de regelaar 5 uur verder in het programma. Hij houdt een temperatuur aan
van 30°C.
• temperatuurweergave in graden Celsius en Fahrenheit
• eenvoudig beeldscherm met ingestelde en opgemeten tempe-
ratuur
• kalibratiemogelijkheid
• uitgestelde start voor koeling om de koelcompressor te sparen
• mogelijkheid om alarm in te stellen bij te hoge/lage tempera-
tuur
• alarm bij oververhitten en melding bij sensorstoring
Specificaties
Regelbereik
-50 – 120°C/ -58 – 248°F
temperatuur
Resolutie
0,1°C/ 0,1°F
temperatuur
Meet- ±1°C (-50 – 70°C) /
nauwkeurigheid ±1°F (-58 – 158°F)
Bedieningsmodus
Aan-/uitregeling, verwarmen en koelen
temperatuur
Tijdbereik 1 – 999 (min/uur/dag)
Tijdperiodes Max: 6 tijdperiodes
1 – 999 tijdcyclus, of
Cyclusinstelling
00 voor een oneindige cyclus
Ingangsspanning 100 – 240 V AC, 50 Hz/60 Hz
Stroomsterkte: Max. 10 A
Spanning: 100 – 240 V AC
Uitgangsrelais
Vermogen:
Max. 1200 W (110 V) / 2200 W (220 V)
Maximum- en minimumtemperatuur-
Alarm
alarm
Sensortype NTC sensor (inbegrepen)
Sensorbereik 2 m
Koelen (10 A, 100 – 240 V AC)
Relaisuitgang
Verwarmen (10 A, 100 – 240 V AC)
Lengte
1,5 m
stroomkabel
Afmetingen 140 x 68 x 33 mm (toestel)
Omgevings-
-30 – 75°C / -22 – 167°F
temperatuur
Temperatuur: -20 – 60°C / -4 – 140°F
Bewaarcondities
Vochtigheid: 20 – 85%
(Geen bevriezing of condensatie)
Voorschriften
1 PV (Process Value): Proceswaarde: In werkstand zie je de
huidige temperatuur; in instelmodus de menu-opties.
2 SV (Setting Value): Instelwaarde: In werkstand zie je de in-
gestelde temperatuur; in instelmodus de ingestelde waarden.
3 Controlelampje verwarmen: Als het lampje brandt, werkt de
verwarming.
4 Controlelampje koelen: Als het lampje brandt, werkt de
koeling. Tijdens de uitgestelde start flikkert het lampje.
5 SET-toets: Hou de SET-toets 3 seconden ingedrukt om de
menufunctie te activeren. Druk de SET-toets langer dan 3
seconden in om het menu te verlaten en de instellingen te
bewaren.
6 Pijltje omhoog: Als je tijdens de werkstand op dit pijltje drukt,
krijg je de resterende tijd te zien. Als je tijdens de instelmodus
op dit pijltje drukt, verhoog je de weergegeven waarde.
7 Pijltje omlaag: Als je tijdens de instelmodus op dit pijltje
drukt, verlaag je de weergegeven waarde.
8 Stopcontact verwarmingstoestel: Hiermee sluit je het
verwarmingstoestel aan.
9 Stopcontact koeltoestel: Hiermee sluit je het koeltoestel
aan
9 8
1
US stopcontacten
2
9 8
3
4
5
6
7
EU stopcontacten
8 9
UK stopcontacten
Bedieningsvoorschriften
• Staat de regelaar in werkstand? Druk dan kort op het pijltje
omhoog om de resterende tijd weer te geven.
• Parameters instellen
Als de regelaar in werkstand staat, hou de SET-toets dan inge-
drukt om de instelmodus te activeren. Het SET-indicatielampje
brandt om aan te geven dat het toestel zich in instelmodus
Foutbeschrijving
Alarm bij storing van de sensor:
Als de temperatuursensor wordt kortgesloten, meldt de regelaar een sensorfout en annu-
leert hij alle acties. Het alarm klinkt. Op het led-scherm verschijnt 'ER'. Druk op een toets
naar keuze om het alarm uit te zetten. Verwijder de sensorfout zodat de regelaar terugkeert
naar de normale werkstand.
Temperatuurbeveiliging:
Als de gemeten temperatuur het meetbereik overschrijdt (-50°C – 99°C / -58°F –
210°F), klinkt het temperatuurbeveiligingsalarm en worden alle acties geannuleerd. Op
het led-scherm verschijnt 'HL'.
Druk op een toets naar keuze om het alarm uit te zetten. Zodra de temperatuur zich binnen
het meetbereik bevindt, keert de regelaar terug naar de normale werkstand.
Technische bijstand
Ervaar je problemen tijdens de installatie of het gebruik van de temperatuurregelaar?
Lees dan grondig deze handleiding. Voor technische hulp mail naar cs@ink-bird.com.
Van maandag tot zaterdag beantwoorden we jouw e-mail binnen de 24 uur. Check ook
onze website www.ink-bird.com
Bijlage I: Voorbeeld
• Voorwaarde:
Fahrenheit-weergave
PV> 85°F of PV< 30°F, High / Low Alarm (alarm hoge/lage temperatuur).
Om het koeltoestel te beschermen, is de compressorvertraging ingesteld op 2 minuten.
Als de stroom wordt ingeschakeld na een onderbreking, volgt de regelaar onderstaande
fases:
Fase Temperatuurbereik
Fase 1 68 – 70°F
Fase 2 50 – 52°F
Fase 3 66 – 68°F
Fase 4 36 – 38°F
• Bekabeling:
Steek de ITC-310T-stekkers in het 100-265 V AC-stopcontact.
Steek de stekkers voor het verwarmingstoestel in het ITC-310T-stopcontact voor het
verwarmingstoestel.
Steek de stekkers voor het koeltoestel in het ITC-310T-stopcontact voor het koeltoestel.
• Instellingen:
Code Instelwaarde
TS 77
HD 1
CD 1
AH 85
AL 30
PT 2
CA 0
CF F
TR 1
UT D
MD 1
AT 1
STA 4
ST1 69
HT1 2
ST2 51
HT2 5
ST3 67
HT3 2
ST4 37
HT4 10
• Schematische voorstelling ideale resultaten:
80
70
60
50
40
30
20
10
0
1 2 3 4
Opmerking: Deze grafiek is gebaseerd op de instelwaarde, en geeft geen werkelijke
implementatieresultaten weer. De regelaar heeft geen gegevensregistratiefunctie.
bevindt. Het PV-scherm toont de eerste menu-optie: TS (Tempe-
rature Setting: temperatuurinstelling). Het SV-scherm toont de
bijbehorende instelwaarden – in dit geval de huidige waarden
van de temperatuurinstelling. Druk op de SET-toets om door
het menu te bladeren. Druk op het pijltje omhoog of omlaag om
de instelwaarden te wijzigen die in het SV-scherm verschijnen.
Als je de gewenste instellingen bereikt, hou je de SET-toets 3
seconden ingedrukt om de instellingen te bewaren en terug te
keren naar de werkstand met de temperatuurweergave. Als je
in instelmodus niets doet gedurende 10 seconden, keert het
systeem automatisch terug naar werkstand. De gewijzigde
instellingen worden niet bewaard, en het scherm geeft opnieuw
de temperatuur weer.
Instellen stroomschema
Hou de SET-toets
langer dan 3
seconden ingedrukt
UT Tijdeenheid:
...........................
om de instelmodus
D = Dagen; H = Uren;
te activeren. D
M = Minuten
SET SET
3S
Waarde temperatuur­ Cyclusinstelling: 1 – 999.
MD
TS
............................ ...........................
instelling. Als TR=1, is de MD = 00: Oneindige
25°C 1
TS­waarde ongeldig. De cyclus
regelaar werkt volgens de
SET SET
ST1­ tot ST6­instellingen
Werkstand als de stroom
HD AT
............................
........................... is ingeschakeld:
Waarde
2.0°C
verwarmings differentieel 0 AT=0: MANUEEL;
AT=1: AUTOMATISCH
SET
SET
CD
Waarde
............................
STA Waarde fase: 1 tot 6
koelingsdifferentieel
2.0°C
SET
SET
AH
Fase 1:
............................ Alarm bij te hoge ST1
...........................
Waarde ingestelde
temperatuur
90°C
25°C/77°F
temperatuur
SET
SET
AL
............................ Alarm bij te lage HT1
...........................
Fase 1: Tijdsduur
temperatuur
-40°C
10
Het aantal fases hangt
SET
. . .
af van de STA­waarde
PT
Waarde
............................ ST6
........................... Fase 6: Waarde
compressorvertraging
3 minute
ingestelde temperatuur
25°C/77°F
SET
SET
CA
............................
Temperatuurkalibratie TH6
........................... Fase 6: Tijdsduur
0°C
10
SET
CF
............................
Temperatuureenheid
C
SET
Tijdinstelling
TR
SET
TR=1, On
SET
3S
SET
TR=0, Off
3S
Werkt normaal
voor antwoorden op veelgestelde technische vragen.
Tijd
2 Dagen
5 Dagen
2 Dagen
10 Dagen
Opmerkingen
Waarde verarmingsdifferentieel = 1°F
Waarde koelingsdifferentieel = 1°F
Alarm maximale temperatuur = 85°F
Alarm minimale temperatuur = 30°F
Compressorvertraging = 2 minuten
°F-weergave
Dag
Geen cyclus
Automatisch
4 Fasen
68 – 70°F
2 Dagen
50 – 52°F
5 Dagen
66 – 68°F
2 Dagen
36 – 38°F
10 Dagen
5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19