8. Aansluitingen
8.1. Luidsprekers aansluiten
Verbind de blanke uiteinden van de luidsprekerkabels met de aansluitingen. Let
daarbij op de kleurmarkering. R (rechts) is voor het kabelpaar van de rechter
luidspreker. L (links) is voor het kabelpaar van de linker luidspreker.
8.2. Hoofdtelefoon aansluiten
Voorop het apparaat bevindt zich een hoofdtelefoonaansluiting van 3,5 mm.
Steek een hoofdtelefoon met een 3,5 mm klinkstekker in de hoofdtelefoonaan-
sluiting.
Zodra een is hoofdtelefoon aangesloten, worden de luidsprekers uitgeschakeld.
Met de volumeregeling kunt u het volume van de hoofdtelefoon regelen.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor gehoorbeschadiging!
Wanneer een apparaat langere tijd via een hoofdtele-
foon op een hoog geluidsvolume wordt gebruikt, kan
dit leiden tot gehoorschade bij de luisteraar.
Stel het volume vóór de weergave in op de laagste
stand.
Start de weergave en verhoog het volume tot het
niveau dat u aangenaam vindt.
8.3. Antenneontvangst
Achterop het apparaat bevindt zich een binnenantenne. Richt de binnenantenne
uit voor een optimale ontvangst.
8.4. Netaansluiting
Nadat alle andere componenten zijn aangesloten, kunt u de stekker in het stopcon-
tact steken.
Steek het netsnoer in een correct geïnstalleerd en op elk moment goed bereik-
baar geaard stopcontact van 100-240 V~ / 50/60 Hz.
NL
FR
DE
19