Westfalia GM 38/18 Bedienungsanleitung Seite 24

▪ Draag een veiligheidsbril en gehoorbescherming. Draag een lange broek
tijdens het maaien. Draag nooit sandalen en ga nooit op blote voeten
tijdens het maaien.
▪ De maaibalk is scherp. Wees voorzichtig met het onderhoud van de
maaibalk. Verwijder eerst de veiligheidssleutel.
Bedien de grasmaaier niet als u onder invloed van alcohol of drugs bent.
Gebruik de grasmaaier alleen bij daglicht of bij gebruik van voldoende
sterke kunstlichtbronnen.
Verwijder alle voorwerpen en obstakels uit het gazon. Zorg ervoor dat het
te maaien gebied vrij is van stenen, stokken, draden, botten,
overhangende bomen of andere voorwerpen die omhoog of in de buurt
kunnen worden gegooid.
• Start de motor alleen volgens de instructies. Houd uw voeten uit de buurt
van de maaibalk.
• Houd de grasmaaier stevig vast tijdens het gebruik.
Niet rennen tijdens het gebruik van de grasmaaier.
• Controleer voor elk nieuw gebruik of de maaibalk, alle bouten en
schroeven enz. goed vastzitten. Als de onderdelen versleten of beschadigd
zijn, vervang ze dan onmiddellijk en vervang altijd de hele set om onbalans
te voorkomen en de grasmaaier in een veilige bedrijfstoestand te houden.
Gebruik de grasmaaier nooit met een defecte grasvangbak. Zorg ervoor
dat de bewegende delen in perfecte staat zijn.
• Let op de bodemcondities, u zou kunnen struikelen bij het omkeren van
de grasmaaier. Wees vooral voorzichtig als u de grasmaaier naar achteren
of naar u toe beweegt. Let er altijd op dat u tijdens het gebruik niet uitglijdt
of valt, vooral bij het omkeren of draaien van de grasmaaier.
Wees voorzichtig bij het naderen van hoeken, struiken, bomen, hekken of
andere objecten die het uitzicht belemmeren. Wees voorzichtig bij het
werken in de buurt van glaswanden, voertuigen, enz.
Beveilig de grasmaaier tegen wegrollen.
• Wees vooral voorzichtig bij het werken op hellingen. Probeer geen gazons
te maaien op zeer steile hellingen. Maai altijd over hellingen met de
grasmaaier, niet op en neer. Maaien op hellingen kan gevaarlijk zijn. Houd
uw voeten altijd op de grond als u maait op een hellende ondergrond of
op nat gras. Een onstabiele houding kan leiden tot uitglijden. Wees vooral
voorzichtig bij het veranderen van de maairichting op hellingen.
• Trek de grasmaaier niet achteruit, tenzij dat absoluut noodzakelijk is. Kijk
altijd naar beneden en achter u voordat en terwijl u de maaier omdraait.
Kantel de grasmaaier niet bij het starten van de motor.
Vermijd het gebruik van de grasmaaier in zeer natte omstandigheden.
Plaats uw handen of voeten niet in de buurt van de draaiende delen.
24