Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
@
_ Soort wasmiddel, hoeveelheid, dosering
U kunt alle wasmiddeten voor trommelwas-
machines en speciale wasmiddelen gebrui-
ken.
Geen oplosmiddelen in het apparaat ge-
bruiken (bijv. viekkenmiddel, ontkleurings-
middelen).
Wasmiddel en andere middeien voor de
verzorging van het wasgoed altijd zodanig
opbergen dat kinderen er niet bij kunnen.
Voordat u de wasmiddellade met wasmid-
del vult: eventueel aanwezige vreemde
voorwerpen uit de lade verwijderen.
Op elke verpakking staat de aanbevolen do-
sering aangegeven. Houdt u zich aan deze
gegevens.
Hoeveelheid wasmiddel
De hoeveelheid wasmiddel is afhankelijk
van:
- de hardheid van het water, die u al op het
markeerschijfje in de wasmiddellade hebt *
ingesteld. Bij gebruik van aparte wateront-
hardingsmiddelen (dosering in overeen-
stemming met de hardheidsgraad van het
water) het wasmidde! doseren zoals aan-
gegeven voor zacht water (hardheidsbe-
reik 1). Afhankelijk van de waterhardheid
en het gebruikte wasmiddel kan dan ook
de hoeveelheid wasmiddel verminderd
worden.
de mate van vervuiling
Normaal vervuild wasgoed zonder voor-
was wassen. Als de gegevens hiervoor op
de verpakking ontbreken, gebruik dan ca.
20% minder wasmiddel dan de aangege-
ven hoeveelheid voor voor- en hoofdwas.
Bij licht vervuild wasgoed de aanbevolen
hoeveelheid wasmiddel met nog eens 10%
verminderen.
— de hoeveelheid wasgoed
De tromme! liefst vullen met de maximale
hoeveelheid wasgoed (zie ook de pro-
grammatabe!). Bij kleine hoeveelheden
witte en bonte was en bij het programma
"kreukherstellend" minder wasmiddel ge-
bruiken.
Bij gebruik van totaalwasmiddelen als
28
volgt doseren:
hoeveelheid wasgoed:
" 4-5kg = 100%
3~-4kg=
80%
2-3kg=
70%
1-2kg=
60% van de op de verpakking
aangegeven hoeveelheid.
De gegevens op wasmiddelen voor fijne
was hebben meestal al betrekking op
kleine hoeveelheden wasgoed. Houdt u
zich aan deze gegevens!
Bij een juiste dosering veroorzaken moderne
wasmiddelen geen of maar weinig schuim-
vorming. Als u teveel wasmiddel gebruikt,
wordt de schuimvorming versterkt waardoor
het wasresultaat verslechtert.
Let er daarom op dat het venster van de vul-
'deur tijdens het wassen nooit helemaal
bedekt is met schuim.
Dosering van waspoeder
Het blauwe inzetstuk voor vloeibaar wasmid-
del moet in de bewaarsleuf in de wasmiddel-
lade (17) zitten.
Bij gebruik van normaal of weinig gecon-
centreerde totaalwasmiddelen gelat het
volgende:
bij normaal vervuild wasgoed kiest u een pro-
gramma zonder voorwas. Bakje || van de
wasmiddeliade met wasmiddel vullen.
Bij gebruik van aparte wateronthardingsmid-
delen bakje II eerst met wasmiddel en daarna
met onthardingsmiddel vullen.
Bij zeer vuil wasgoed een programma met
voorwas kiezen.
Bakje | van de wasmiddellade met 4 van
het wasmiddel vullen, bakje |] met 34 van het
wasmiddel.
Houdt u zich bij gebruik van sterk gecon-
centreerde totaalwasmiddelen zonder vul-
stoffen nauwkeurig aan de gegevens op de
verpakking over de hoeveelheid en de ma-
nier van doseren. Om eventuele problemen
bij het inspoelen te voorkomen, kunt u het
beste gebruik maken van de in de verpak-
king bijgesloten maatbeker of doseerbol.
Be Sree
Ee) Cie aa ae a
w e
ene
ene
'
i
Werbung
