GEVAAR
Verwondingsgevaar. Voor alle werkzaam-
heden aan het apparaat netstekker eruit
trekken.
Storing
Apparaat kan niet gestart worden,
controlelampje „Netspanning"
brandt niet
Apparaat kan niet gestart worden,
controlelampje „Netspanning"
brandt
Apparaat vibreert sterk
Pad draait niet
Hulp bij storingen
Bij storingen die met behulp van deze tabel
niet opgelost kunnen worden de klanten-
dienst raadplegen.
Oplossing
Zekering in het gebouw, stroomkabel, stekker en stop-
contact controleren. Indien de zekering in het gebouw
meermaals na elkaar in werking treedt, moet de klan-
tendienst geraadpleegd worden.
Ontgrendeling correct bedienen, zie „Apparaat inscha-
kelen".
Greep in de werkpositie brengen. Bij een greep in ver-
ticale stand kan het apparaat niet gestart worden.
Correcte verbinding van de stekkerverbinding stuurlei-
ding controleren.
Pad-Befestigung prüfen
Pad reinigen
Pad vervangen
Controleren, of vreemde voorwerpen de pad blokke-
ren, eventueel vreemde voorwerpen verwijderen.
– 7
NL
45