Herunterladen Diese Seite drucken

Pioneer CU-RF100-U Bedienungsanleitung Seite 64

Omni-direktionale hf-fernbedienung

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Hoofdstuk 3:
De rest van het systeem bedienen
Over het menu Remote Setup
De functie Remote Setup wordt ingesteld door
op de HOME MENU knop te drukken terwijl
MULTI OPERATION ingedrukt wordt
gehouden. Hieronder worden de verschillende
onderdelen van het menu Remote Setup
beschreven. Zie de uitleg van de betreffende
onderdelen voor instructies over het maken
van de instellingen.
Instelling
Functie
PRESET
Hier kunnen de vooraf ingestelde codes
voor de verschillende ingangsfuncties
RECALL
worden ingesteld. De
afstandsbedieningscodes voor een
aantal apparaten (waaronder producten
van andere fabrikanten) worden in de
afstandsbediening ingesteld om de
betreffende apparaten te kunnen
bedienen. Zie Vooraf ingestelde codes
rechtstreeks kiezen op bladzijde 14.
CODE
Als de gewenste bedieningsfuncties niet
kunnen worden uitgevoerd hoewel de vooraf
LEARNING
ingestelde codes zijn ingesteld, kunt u de
afstandsbedieningssignalen van de andere
apparaten rechtstreeks programmeren. Zie
Signalen van andere afstandsbedieningen
programmeren op bladzijde 14.
MULTI
U kunt een reeks bedieningshandelingen op
de afstandsbediening programmeren voor
OPERATE
het beginnen met luisteren of kijken. Er
kunnen meerdere afstandsbedieningscodes
voor de verschillende ingangsfuncties
worden ingesteld. Zie De functies Multi
Operation en System Off op bladzijde 17.
SYSTEM
Met deze functie kunnen de apparaten
die op de receiver zijn aangesloten
OFF
automatisch worden uitgeschakeld.
Indien gewenst kunnen er meerdere
afstandsbedieningscodes worden
ingesteld. Zie De functies Multi Operation
en System Off op bladzijde 17.
DIRECT
Gebruik deze instelling om het
bedieningsscherm van de
FUNC
afstandsbediening te veranderen zonder
dat de ingang van de receiver wordt
veranderd, wanneer de
ingangsfunctieknoppen van de
afstandsbediening worden ingedrukt. Dit
is handig wanneer u de afstandsbediening
wilt gebruiken voor apparaten die niet op
de receiver zijn aangesloten. Zie Directe
functie op bladzijde 17.
12
Nl
Instelling
Functie
RENAME
De namen van de
ingangsfunctieknoppen die op de
afstandsbediening worden aangegeven
kunt u veranderen. Zie De
ingangsfunctienamen handmatig
veranderen op bladzijde 17.
SYNC
De ingangsfunctienamen die op de
receiver zijn veranderd, kunnen door de
RENAMING
afstandsbediening worden opgehaald
zodat de namen op de afstandsbediening
hetzelfde zijn. Zie De namen van de
ingangsfuncties veranderen
overeenkomstig de namen op de receiver
op bladzijde 8.
ERASE
Met deze functie kunnen de
afstandsbedieningscodes die zijn
LEARNING
geprogrammeerd worden gewist. De
codes die voor de verschillende
ingangsfuncties zijn geprogrammeerd,
kunnen afzonderlijk worden gewist. Zie
Een van de knopinstellingen van de
afstandsbediening wissen op
bladzijde 16.
IR/RF
Met deze functie kan radiofrequentie (RF)
of infrarood (IR) worden geselecteerd als
SELECT
de afstandsbedieningsmethode voor de
verschillende apparaten. Zie Bedienen
van de receiver via RF-communicatie op
bladzijde 7 en Bedienen van andere
apparaten via RF-communicatie op
bladzijde 7.
OPERATION
Het bedieningsscherm van de
afstandsbediening schakelt automatisch
MODE
om wanneer de ingang van de receiver
wordt veranderd (dit gebeurt alleen
wanneer de gebruikskeuzeschakelaar op
SOURCE staat). Zie De bedieningsfunctie
van de afstandsbediening instellen op
bladzijde 9.
KEY RESET
Met deze functie kunnen de vooraf
ingestelde codes die zijn ingesteld
gereset worden. Het resetten kan voor de
afzonderlijke ingangsfuncties worden
uitgevoerd. Zie De ingangstoewijzing van
een van de ingangsfunctieknoppen
terugstellen op bladzijde 16.
ALL RESET
Met deze functie kunnen alle instellingen
die u op de afstandsbediening hebt
gemaakt worden teruggezet op de
standaardinstellingen die golden bij het
verlaten van de fabriek. Zie De
instellingen van de afstandsbediening
resetten op bladzijde 16.

Werbung

loading