Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Conrad F-100 Bedienungsanleitung Seite 25

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

• Meetapparaten en toebehoren zijn geen spelgoed en horen niet
thuis in kinderhanden!
• In commerciële instellingen dient u zich te houden aan de ARBO-
voorschriften.
• In scholen, opleidingsinstituten, hobby- en doe-het-zelf-werk-
plaatsen dient het gebruik van meetapparaten alleen te gebeuren
onder toezicht van geschoold personeel.
• Tijdens het openen van het apparaat of verwijderen van delen,
behalve wanneer dit handmatig mogelijk is, kunnen spannings-
geleidende delen vrijkomen. Ook aansluitplaatsen kunnen span-
ningsgeleidend zijn. Voordat u begint met een afstemming, on-
derhoudsbeurt, een reparatie of delen of bouwgroepen uitwis-
selt, moet het apparaat uit ieder spanningsbron en meetcircuit
verwijderd worden, wanneer voor de werkzaamheden het appa-
raat geopend moet worden. Wanneer een afstemming, onder-
houd of reparatie van het geopende apparaat alleen onder span-
ning kan gebeuren, mag dit beslist alleen een vakman uitvoeren,
welke vertrouwd is met de gevaren en voorschriften hierover
(VDE-0100, VDE-0701, VDE-0683).
• Condensatoren in het apparaat kunnen nog geladen zijn, zelfs
als het apparaat van alle spanningsbronnen en meetkringen los-
gemaakt is.
• Wees bijzonder voorzichtig met de omgang van spanningen > 25
V wissel- (AC) resp. > 35V gelijkspanning (DC). Reeds bij deze
spanningen kunt u bij het aanraken van elektrische leidingen een
levensgevaarlijke schok krijgen..
• Schakel eerst de stroombron stroomvrij, verbindt het meetappa-
raat met de aansluitingen van de te meten stroombron, stel op
het meetapparaat het benodigde stroommeetbereik in en scha-
48
kel daarna de stroombron in. Na het beëindigen van de meting
schakelt u eerst de stroombron stroomvrij en verwijdert u de
stroomtang van de aansluitingen aan de stroombron.
• Voor iedere wisseling van het meetbereik dient u de stroomtang
(stroomrail, leiding enz.) van het te meten object te verwijderen.
• Controleer voor iedere meting uw meetapparaat op beschadi-
ging(en). Voer beslist geen metingen door wanneer de bescher-
mende isolatie beschadigd (ingescheurd, afgescheurd enz.) is.
• Vermijd bij iedere meting, vooral tijdens een stroommeting, een
te hoge luchtvochtigheid, damp. Tijdens het doorvoeren van me-
tingen moeten de handen, schoenen en de grond beslist droog
zijn.
• Om een elektrische schok te voorkomen, moet u erop letten dat
u de te meten aansluitingen/stroomrails (meetpunten) tijdens de
meting niet, ook niet indirect, aanraakt.
• Stromen > 600 A kunnen de stroomtang beschadigen. Het moet
erop gelet worden, dat tijdens een meting uitsluitend een (1) geï-
soleerde draad (max. doorsnede 25 mm) omvat wordt. Een me-
ting om een meeraderige kabel (enkelfasig) is niet mogelijk.
Worden daarentegen twee of meerdere geïsoleerde leiders (to-
taaldoorsnede max. 57 mm) van een meerfasig systeem omslo-
ten, zo is de afgelezen waarde overeenkomend met de vector-
som van de enkele stromen.
• Werk met dit meetapparaat niet in ruimtes of bij ongunstige om-
gevingscondities, waarin/-bij brandbare gassen, dampen of stof-
fen aanwezig (kunnen) zijn. Vermijd voor uw eigen veiligheid bes-
list het vochtig of nat worden van het meetapparaat resp. de
meetsnoeren. Vermijdt het gebruik in de directe omgeving van
a) sterke magnetische velden (luidsprekers, magneten)
49

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis