Gevaren Op De Werkplek; Gevaren Door Stof En Dampen; Gevaren Door Lawaai - Parkside PDBS 2200 A2 Bedienungs- Und Sicherheitshinweise

Gevaren op de werkplek

Uitglijden, struikelen en vallen zijn de meest
voorkomende oorzaken voor letsel op de werk-
plaats. Let op oppervlakten, die door het ge-
bruik van de machine glad kunnen worden, en
op de door de perslucht- of hydraulische slang
veroorzaakte gevaren te struikelen.
Ga in een onbekende omgeving voorzichtig te
werk. Er kan sprake zijn van verborgen gevaren
door stroomkabels of andere leidingen.
De boormachine is niet geschikt voor het ge-
bruik in explosieve omgevingen en hij is ook niet
geïsoleerd tegen contact met elektrische
stroombronnen.
Zorg ervoor dat er geen elektrische leidingen,
gasleidingen etc. aanwezig zijn, die in geval
van beschadigingen een gevaar kunnen
vormen door het gebruik van de machine.

Gevaren door stof en dampen

De tijdens het gebruik van de boormachine
ontstane stoffen en dampen kunnen medisch
letsel (zoals bijv. kanker, geboorteafwijkingen,
astma en/of dermatitis) veroorzaken; het is
daarom beslist noodzakelijk, een risicoanalyse
uit te voeren en geschikte regelingsmechanis-
men om te zetten.
In de risico-analyse dient rekening te worden
gehouden met de tijdens het gebruik van de
machine veroorzaakte stof en de hierbij eventu-
eel opwaaiende reeds aanwezige stof.
De boormachine of de schroefdraadsnijder
dient volgens de in deze handleiding vermelde
aanbevelingen te worden gebruikt en onder-
houden, om het vrijkomen van stof en dampen
te reduceren tot een minimum.
De gebruikte lucht dient zo weg te worden ge-
zogen, dat het opwaaien van stof in een met stof
gevulde omgeving tot op een minimum wordt
gereduceerd.
Indien er stof of damp ontstaat, moet het ter
plekke controleren hiervan tot de kernopgave
horen.
Veiligheidsinstructies voor persluchtgereedschap
Alle voor het opvangen, afzuigen of onderdruk-
ken van rondvliegende stof of damp bestemde
inbouwdelen of toebehoren van de machine
dienen conform de instructies van de fabrikant
correct te worden gebruikt en onderhouden.
De verbruiksmaterialen en het machinegereed-
schap dienen volgens de aanbevelingen in
deze handleiding te worden geselecteerd,
onderhouden en vervangen, om een onnodige
intensivering van de stof- en dampontwikkeling
te vermijden.
Gebruik stofmaskers zoals volgens voorge-
schreven door de ARBO-wet.

Gevaren door lawaai

De invloed van een hoog geluidsniveau kan bij
onvoldoende gehoorbescherming tot blijvende
gehoorbeschadigingen, verlies van gehoor of
andere problemen, zoals bijv. tinnitus (rinkelen,
suizen, fluiten of zoemen in het oor) leiden.
Het is beslist noodzakelijk een risico-analyse
met betrekking tot deze gevaren uit te voeren
en geschikte regelingsmechanismen om te zet-
ten.
Tot de voor het minimaliseren van risico's ge-
schikte regelingsmechanismen behoren maatre-
gelen zoals het gebruik van isolatiemateriaal,
om de aan het werkstuk optredende geluiden
te voorkomen.
Gebruik gehoorbescherming zoals vereist door
de ARBO-wet.
De boormachine dient volgens de in de ge-
bruiksaanwijzing genoemde aanbevelingen te
worden gebruikt en onderhouden, om een
onnodige verhoging van het geluidsniveau te
voorkomen.
Als de boormachine een geluiddemper bezit,
dient er altijd voor te worden gezorgd, dat deze
zicht tijdens het gebruik van de boormachine
ter plaatse bevindt en zich altijd in een goede
toestand bevindt.
De verbruiksmaterialen en het gereedschap
van de machine dienen conform de instructies
in deze gebruiksaanwijzing gekozen en
NL/BE 45