NL_300_Allgemein.fm Seite 96 Donnerstag, 5. November 2015 4:03 16
NL
Vullen met brandstof
Afbeelding 6 – Pagina 5
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel!
Vóór alle werkzaamheden aan het
apparaat altijd de stekker uit het
stopcontact trekken (apparaat stroomloos
maken).
– Tankdeksel (15) opendraaien en verwijderen.
– Brandstof voorzichtig (niet morsen) en alleen tot
aan de bovenrand van de vultrechter (A) vullen.
– Tankdeksel (15) op vultrechter (A) Met de hand
vastschroeven.
– Indien een beetje brandstof is gemorst: brand-
stof absoluut afvegen.
Snijhoogte instellen
Afbeelding 7 – Pagina 5
– Snijhoogte zoals afgebeeld instellen.
– Informatie op andere snijhoogte-unit in acht
nemen.
Motorolie bijvullen
Afbeelding 8 – Pagina 5
– Motorolievulplug (17) opendraaien en verwijde-
ren.
– Motorolie voorzichtig bijvullen (niet morsen!)
– Oliepeil aan de hand van de schaal op de motor-
olie-vulplug (17) meten.
– De maximale vulhoeveelheid in acht nemen.
Motor starten
GEVAAR! Levensgevaar! Het apparaat
kan door wegstromende brandstof in
brand vliegen.
• Vóór het starten gemorste brandstof
absoluut zorgvuldig afvegen.
• Start het apparaat op ten minste 9
meter afstand van de plek waarop het
is bijgevuld.
Starten van de motor
Afbeelding 9 – Pagina 5
– Inschakelbeugel (5) bedienen
– Gasgreep (14) in bovenste positie brengen.
– Trekstarter (13) langzaam eruit trekken tot de
starter vastklikt, daarna krachtig trekken.
– Evt. meerdere malen aan trekstarter trekken tot
de motor loopt.
96
– Als de motor loopt, trekstarter aan de handgreep
inhaken of langzaam terug naar de motor bren-
gen (uitgangspositie).
– Gasgreep (14) op gewenste snelheid instellen.
Motor uitschakelen
– Inschakelbeugel (5) loslaten.
– Gasgreep (14) in onderste positie brengen.
• Motor wordt uitgeschakeld
Reiniging en onderhoud
GEVAAR Levensgevaar! Vóór ieder
onderhoud en/of reiniging:
– Apparaat uitschakelen.
– brandstofkraan sluiten.
– Contactschakelaar uitzetten.
– Apparaat laten afkoelen.
GEVAAR! Levensgevaar! Voer alleen de
hier beschreven
onderhoudswerkzaamheden zelf uit.
Alle andere werkzaamheden, in het bijzon-
der het onderhoud aan de motor en repa-
raties, moeten door een opgeleide vak-
man worden uitgevoerd. Onjuiste werk-
zaamheden
kunnen leiden tot schade aan het appa-
raat en zodoende ook tot verwondingen.
Reinigings- en onderhoudsoverzicht
Vóór ieder gebruik
Wat?
Hoe?
Alle schroefverbindin-
gen controleren en in-
dien nodig vastdraaien.
Ventilatiegleuf van de
Met borstel verwijde-
motor reinigen van
ren.
gras en mos.
Trekstarter op bescha-
Visuele controle
digingen aan de kabel
controleren
Motoroliepeil controle-
ren
Indien nodig of om de 50 bedrijfsuren
Wat?
Hoe?
Luchtfilter reinigen
zie hoofdstuk „Luchtfil-
ter reinigen"