Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Beat-Effecten [Bpm Functie] - Pioneer EFX-1000 Bedienungsanleitung

Dj-effektgerät
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 55
2) DELAY, ECHO, PITCH ECHO, TRANS,
FLANGER, FILTER, PHASER
5) BEAT EFFECTS
(kiezen van beat-effect)
1) BPM MODE TAP
TIME
4) 1/8, 1/4, 1/2, 3/4, 1/1, 2/1, 4/1, 8/1
(kiezen van maatslag)

Beat-effecten [BPM functie]

Aangezien de beat-effect tijd van het beat-effect [BPM functie]
onvertraagd gesynchroniseerd kan worden met de BPM (slagen
per minuut) waarde, kunt u op gemakkelijke wijze effecten
creëren overeenkomstig het ritme van een live-uitvoering.
1. Druk op de BPM MODE toets om de BPM (beats per
minuut) meetfunctie te kiezen.
AUTO: De BPM van de ingevoerde muziekbron wordt auto-
matisch gemeten.
MIDI: De BPM wordt automatisch gemeten op basis van de MIDI
timing-klok.
TAP: De BPM wordt handmatig ingevoerd door op de TAP toets te
tikken.
¶ Nadat de effector voor het eerst is ingeschakeld, wordt de
standaardinstelling AUTO gebruikt.
¶ De gekozen functie wordt afgebeeld door de BPM functie-
indicator.
¶ In het geval het ingevoerde signaal niet goed kan worden
geteld, zal de BPM COUNTER knipperen.
¶ In de AUTO stand loopt het BPM meetbereik van 70 tot 180.
Het kan zijn dat een juiste meting niet mogelijk is, afhankelijk
van het muziekstuk. In dat geval voert u het tempo handmatig
in met behulp van de TAP functie.
[Handmatige invoer van de BPM met behulp van
de TAP toets]
Wanneer tweemaal of vaker op de TAP toets wordt
getikt overeenkomstig de maatslag (kwartnoten),
wordt de gemiddelde waarde van de intervallen
gebruikt voor het instellen van de BPM.
¶ Als de BPM is ingesteld op de AUTO of MIDI functie, zal bij
indrukken van de TAP toets de BPM meetmethode
veranderen naar de TAP instelling en meet het apparaat de
intervallen waarop de TAP toets wordt ingedrukt.
¶ Als de BPM met de TAP toets wordt ingesteld, wordt
automatisch de [1/1] beat-effect keuzetoets geselecteerd en
de tijd van 1 maatslag (kwartnoten) wordt ingesteld als de
effect-tijd.
[Handmatige invoer van de BPM met behulp van
de TIME regelaar]
De BPM kan rechtstreeks worden ingesteld door de
TIME regelaar te draaien terwijl de TAP toets inge-
drukt wordt gehouden.
¶ De BPM kan worden ingesteld in stapjes van 0,1 door op de
3) EFFECT
FREQUENCY
LOW, MID, HI
DEPTH
2. Gebruik de beat-effect-keuzetoetsen om het gewenste
beat-effect te kiezen.
CHARACTER
¶ Kies uit DELAY, ECHO, PITCH ECHO, TRANS, FLANGER,
¶ De toets van het gekozen beat-effect knippert.
¶ Zie blz. 114-116 voor nadere bijzonderheden betreffende de
MIX
3. Kies met de EFFECT FREQUENCY toetsen (LOW, MID, HI) het
frequentiebereik waarop het effect moet worden toegepast.
¶ De indicator van het gekozen frequentiebereik licht op.
¶ Bij meerdere malen indrukken van de toets wordt de functie
4. Druk op een van de beat-keuzetoetsen om de maatslag te
kiezen waarmee het effect gesynchroniseerd moet worden.
¶ Kies uit 1/8, 1/4, 1/2, 3/4, 1/1, 2/1, 4/1 of 8/1.
¶ De ingedrukte beat-keuzetoets licht op.
¶ Bij indrukken van een beat-keuzetoets wordt automatisch de
¶ Wanneer op een beat-keuzetoets wordt gedrukt en de TAP
Handmatige invoer van de effect-tijd met behulp van
de TIME regelaar
Gewoonlijk wordt de effect-tijd automatisch ingesteld
wanneer een beat-keuzetoets wordt ingedrukt. De
effect-tijd kan echter handmatig worden veranderd
met behulp van de TIME regelaar.
¶ Wanneer de effect-tijd wordt veranderd, licht de beat-
5. Trek de BEAT EFFECTS schakelaar naar de [ON] stand
om het effect toe te passen.
Als u de schakelaar van u af duwt naar de [ON/LOCK] stand:
De schakelaar wordt vergrendeld zodat het effect voortdurend
wordt toegepast, ook nadat u de schakelaar hebt losgelaten. Om het
effect te stoppen, zet u de schakelaar terug in de middenstand [OFF].
Als u de schakelaar naar u toe trekt naar de [ON] stand:
Het effect wordt alleen toegepast terwijl de schakelaar in de [ON]
stand is getrokken. Wanneer de schakelaar wordt losgelaten, keert
deze automatisch terug naar de middenstand [OFF]. Gebruik deze
functie wanneer u snel tussen AAN en UIT wilt wisselen.
DEPTH regelaar
Stel deze regelaar in op de middelste klikstand voor standaard
effectgeluid.
Zie blz. 114-116 en 118 voor nadere bijzonderheden betreffende het
veranderen van parameter 1 als reactie op het draaien van de DEPTH
regelaar.
CHARACTER regelaar
Stel deze regelaar in de middelste klikstand voor standaard
effectgeluid.
Zie blz. 114-116 en 118 voor nadere bijzonderheden betreffende het
veranderen van parameter 2 als reactie op het draaien van de
CHARACTER regelaar.
BEDIENING (Beat-effecten [BPM functie])
BPM MODE toets te drukken en de TIME regelaar te draaien,
terwijl de TAP toets ingedrukt wordt gehouden. Alleen de
decimale waarde wordt dan afgebeeld.
FILTER of PHASER.
effecten.
beurtelings in- en uitgeschakeld.
bijbehorende effect-tijd ingesteld.
Voorbeeld: wanneer de BPM 120 is,
1/1 = 500 ms
3/4 = 375 ms
1/2 = 250 ms
toets ingedrukt wordt gehouden, wordt de BPM automatisch
ingesteld aan de hand van de effect-tijd.
keuzetoets op van de maatslag die automatisch is ingesteld
aan de hand van de nieuwe effect-tijd.
123
<DRB1368>

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis