Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Yamaha 30D Betriebsanleitung Seite 131

Inhaltsverzeichnis

Werbung

DMU19160
Trimhoekinstellingen en vaargedrag van de
boot
Als de boot zich op vlak water bevindt, zal een
opwaartse boegneiging leiden tot minder
waterweerstand, een grotere stabiliteit en meer
doeltreffendheid. Dit wordt in het algemeen
bereikt wanneer de kiellijn van de boot onge-
veer 3 tot 5° omhoog staat. Met de boeg
omhoog kan de boot meer de neiging hebben
om van de ene naar de andere kant te sturen.
Compenseer dit bij het besturen van de boot.
Dit effect kan ook worden gecompenseerd door
het trimvlak bij te regelen.
1 Optimale hoek (kiellijn waterpas)
2 Boeg omhoog
3 Boeg omlaag
Boeg omhoog
Te veel buitenwaartse trim brengt de boeg van
de boot te hoog in het water. De prestaties en
het brandstofverbruik worden negatief beïn-
vloed omdat de scheepsromp tegen het water
duwt en er daardoor meer luchtweerstand ont-
staat.
Te veel buitenwaartse trim kan er ook toe lei-
den dat de schroef gaat ventileren, waardoor de
prestaties nogmaals worden beïnvloed, en dat
de boot begint te springen in het water, waar-
door bestuurder en passagiers overboord kun-
nen worden geworpen.
Boeg omlaag
Wanneer de boeg van de boot omlaag staat, is
het makkelijker om van een staande start te
accelereren naar over het water scheren. Te
veel binnenwaartse trim doet de boot 'ploegen'
door het water, waardoor het brandstofverbruik
de hoogte ingaat en de snelheid nog moeilijk
kan worden verhoogd. Varen met te veel bin-
nenwaartse trim bij hoge snelheden maakt de
boot ook onstabiel. De weerstand aan de boeg
wordt sterk verhoogd, waardoor er meer gevaar
ontstaat voor "boegbesturing" en het varen
moeilijk en gevaarlijk wordt.
NL
HMU19160
Regolazioni dell'angolo di assetto e governo
della barca
Quando la barca è in planata, un assetto con
prua sollevata garantisce una minore resisten-
za e una maggiore stabilità ed efficienza. Ciò
avviene generalmente quando la chiglia della
barca è sollevata da 3 a 5 gradi. Con la prua
sollevata, la barca può avere una maggiore
tendenza a tirare da una parte o dall'altra e
questa tendenza può essere compensata agen-
do sul timone. Per controbilanciare questo
effetto, si può anche intervenire sul regolatore
di assetto.
1 Angolo ottimale (linea di livello della chiglia)
2 Prua alta
3 Prua bassa
Prua alta
Un assetto con prua eccessivamente alta pre-
giudica il rendimento del motore e fa aumenta-
re il consumo di carburante in quanto lo scafo
della barca si schiaccia sull'acqua e vi è un
maggiore trascinamento d'aria. Un assetto con
prua eccessivamente alta pregiudica anche il
rendimento dell'elica con conseguente ventila-
zione e regresso della stessa e fa sì che la barca
salti sull'acqua con rischio di caduta in mare
del pilota e dei passeggeri.
Prua bassa
Quando la prua della barca è bassa, è più facile
l'accelerazione con partenza da fermo per por-
tare la barca in planata. Un assetto con prua
eccessivamente bassa fa sì che la barca fenda
l'acqua, aumentando così il consumo di carbu-
rante e rendendo difficile l'aumento di velocità.
La navigazione ad alte velocità con la prua
troppo bassa rende inoltre la barca instabile. Vi
è un incremento notevole della resistenza a
prua, con conseguente aumento del rischio di
accostate di prua e maggiore difficoltà a gover-
nare.
3-28
I

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Kapitel

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

25n20d

Inhaltsverzeichnis