Verwijdering; Opheffen Van Storingen - Conrad 62 62 44 Bedienungsanleitung

ling. De aangesloten lichtbron is zolang ingeschakeld tot u de
schakelaar weer uitschakelt.
c) automatische werking
Is de kleine schakelaar boven de tijdinstelling niet geactiveerd,
wordt de PIR-schakelaar vanaf een helderheid van minder dan ca.
10 Lux actief. De sensor is nu bedrijfsklaar. Beweegt er een warm-
tebron binnen de registratiezone van max. 7m, schakelt de PIR-
schakelaar de aangesloten lichtbron in. Afhankelijk van de positie
van de regelaar voor de tijdinstelling schakelt de lichtbron automa-
tisch na 5 tot 200 seconden uit. Staat de instellingsregelaar op
rechter aanslag (met de wijzers van de klok mee) dan bedraagt de
tijd tot en met het uitschakelen ca. 200 sec. Staat de instellingsre-
gelaar op linker aanslag (tegen de wijzers van de klok in), dan ge-
schiedt het uitschakelen reeds na ca. 5s.
Vervolgens is de PIR-schakelaar opnieuw gebruiksklaar.
De ingebouwde lichtgevoelige weerstand (in het kort LDR) zorgt er-
voor, dat de PIR-schakelaar alleen bij duisternis, resp. bij minder
dan ca. 10 Lux (gevorderde avondschemering) actief wordt.

Verwijdering

Verwijder de onbruikbaar geworden (niet meer te repareren) PIR-
schakelaar conform de geldende wettelijke voorschriften!

Opheffen van storingen

Met de PIR-schakelaar hebt u een apparaat aangeschaft, dat vol-
gens de nieuwste stand van de techniek werd geconstrueerd. De-
sondanks kunnen er storingen optreden. Daarom wordt hierna be-
schreven, hoe u een paar van deze storingen relatief gemakkelijk
zelf kunt opheffen:
38
Probleem mogelijke oplossing
Controle-LED brandt Is de beveiligingsschakelaar van de
niet leiding in de verdeelkast ingeschakeld?
Is de hoofdzekering in orde?
de aangesloten Is de omgeving te licht?
lamp brandt niet Is de lamp in orde?
de aangesloten Zijn er warmtebronnen in de directe
lamp brandt omgeving?
continu
• Bij het openen van afdekkingen of het verwijderen
van onderdelen, behalve wanneer dit met de hand
mogelijk is, kunnen onder spanning staande delen
worden vrij gelegd. Ook de aansluitpunten kunnen
onder spanning staan. Voor een afregeling, onder-
houd, reparatie of vervanging van onderdelen of
modules, moet het apparaat van alle stroomcir-
cuits zijn afgesloten, wanneer het apparaat geo-
pend moet worden. Wanneer daarna een afrege-
ling, onderhoud of reparatie op het geopende ap-
paraat onder spanning niet te vermijden is, mag
dat alleen door een vakman gebeuren, die met de
daarmee verbonden gevaren resp. de betreffende
voorschriften (VDE-0100, VDE-0701, VDE-0683)
vertrouwd is.
• Condensators in het apparaat kunnen nog gela-
den zijn, zelfs wanneer het apparaat van alle
stroomcircuits is afgesloten.
39